Het plaatsen van gevelbekleding in Ayous of Fraké vraagt de nodige nauwkeurigheid, zeker wanneer u werkt met speciale profielen zoals Rhombus, Triple Rhombus of Barcode.
U kunt een gevel op twee manieren bekleden: horizontaal (in de breedte) of verticaal (in de hoogte).
Daarnaast heeft u de keuze tussen een open of een gesloten gevel. Elke optie vraagt om een andere manier van plaatsing en andere materialen.
Hieronder vindt u een overzicht van de producten die nodig zijn voor zowel open als gesloten gevelbekleding.
Gesloten gevelbekleding
Als u kiest voor een gesloten gevelbekleding, zijn er specifieke materialen en manieren van bevestigen nodig om ervoor te zorgen dat uw gevel er niet alleen mooi uitziet, maar ook lang meegaat. Hieronder vindt u een overzicht van wat u nodig hebt en waar u best op let.
1. Geschikte gevelprofielen
Voor gesloten gevels worden vaak profielen uit Ayous of Fraké gebruikt, zoals het Triple Rhombus-profiel. Uiteraard zijn er ook andere profielen die goed binnen dit systeem passen.
2. Bevestigingsmaterialen
Om de bekleding stevig en duurzaam vast te maken, raden we de volgende bevestigingsmiddelen aan:
RVS bolkopnagels of RVS schroefnagels voor een sterke en nette bevestiging.
RVS schroeven om alles goed vast te zetten, laag per laag.
3. Constructieve elementen
Hoeklatten zorgen voor een mooie afwerking en verstevigen de hoeken van uw gevel.
Ventilatielatten (schuin geplaatste latten bij verticale gevelbekleding) zorgen voor een goede luchtcirculatie achter de gevel.
Ribben met een duurzaamheidsklasse 1, 2 of 3 verhogen de levensduur van de opbouw.
4. Bescherming tegen vocht en damp
Een goede vochthuishouding is cruciaal voor een gesloten gevel. Daarom is het belangrijk om de juiste folies te gebruiken:
Aan de buitenzijde: een dampopen, waterkerende folie. Voor gesloten gevels wordt een ruitjesfolie aangeraden.
Aan de binnenzijde (achter de isolatie): een dampdichte folie, om te vermijden dat vocht vanuit binnen in de constructie trekt.
5. Isolatie en afdichting
Isolatiemateriaal zorgt voor een goed geïsoleerde en energiezuinige gevel.
Tengelband wordt gebruikt om de schroeven op de ribben waterdicht af te sluiten, zodat er geen vocht kan binnendringen.
Wanneer u deze materialen correct toepast, krijgt u een gesloten gevel die niet alleen mooi oogt, maar ook jarenlang beschermd is tegen weer en wind.
Open gevelbekleding
Bij een open gevelbekleding is het belangrijk dat u de juiste materialen en technieken gebruikt. Zo bent u zeker van een duurzame opbouw, een goede ventilatie en een verzorgde uitstraling. Hieronder geven we u een overzicht van de belangrijkste onderdelen en aandachtspunten.
1. Geschikte gevelprofielen
Voor open gevels zijn het Rhombusprofiel en het Barcodeprofiel bijzonder geschikt.
Het Rhombusprofiel geeft uw gevel een moderne en strakke look.
Het Barcodeprofiel zorgt voor een speelsere uitstraling, dankzij de variatie in breedtes tussen de latten.
2. Constructieve elementen
Zwarte panlatten zorgen voor een mooie donkere achtergrond, waardoor de open ruimtes tussen de latten minder opvallen.
Hoeklatten zorgen voor een nette afwerking én extra stevigheid aan de hoeken van de gevel.
Ventilatielatten (schuin geplaatste latten bij verticale plaatsing) zijn nodig voor een goede luchtcirculatie achter de gevelbekleding.
Ribben met duurzaamheidsklasse 1 bieden een lange levensduur en een hoge weerstand tegen weer en wind.
3. Bevestigingsmaterialen
Om alles stevig en veilig te plaatsen, raden we het volgende aan:
RVS bolkopnagels of RVS schroefnagels: voor een sterke, roestvrije bevestiging.
RVS schroeven: voor een solide montage van de verschillende onderdelen.
4. Bescherming tegen vocht en damp
Een open gevel vraagt om aangepaste folies die bestand zijn tegen weer én zonlicht:
Dampopen en waterkerende folie: deze beschermt de achterliggende constructie tegen regen en vocht, terwijl ze toch damp doorlaat.
Let op: bij open gevelbekleding moet u UV-bestendige folie gebruiken, omdat de folie deels zichtbaar blijft en dus blootgesteld wordt aan zonlicht.
Dampdichte folie: wordt aan de binnenkant geplaatst, achter de isolatie. Zo voorkomt u dat vocht uit de binnenruimte in de gevelstructuur trekt.
5. Isolatie en afdichting
Isolatiemateriaal verhoogt het comfort, zowel thermisch als akoestisch.
Tengelband zorgt voor een waterdichte afsluiting rond de schroeven, zodat er geen vocht via de bevestigingen in de constructie komt.
U kunt uw gevel op verschillende manieren bekleden. Dat kan met diverse profielen, zowel horizontaal als verticaal, en in een open of gesloten opbouw. Ontdek hier de mogelijkheden die wij aanbieden om uw gevel mooi en duurzaam af te werken. Elk profiel heeft zijn eigen kenmerken en specifieke aandachtspunten.
Het gebruik van messing-en-groefprofielen raden we sterk af. Ze vragen veel onderhoud en zijn minder geschikt voor gevelbekleding. Kies beter voor rombusprofielen met een lichte overlap of een strak profiel zoals het open barcodeprofiel of enkele rhombuslatten.
Om het kromtrekken of "schotelen" van het hout, vooral aan de zonzijde van een gebouw, te beperken, is het verstandig om te werken met latten van beperkte breedte.
Na levering is het belangrijk dat u het hout zo snel mogelijk monteert. Lukt dat niet meteen? Bewaar het hout dan buiten op drooglatten, goed vastgebonden met een band. Zorg ervoor dat het geen contact heeft met de grond en dat het beschermd is tegen rechtstreeks zonlicht en vochtige ruimtes, zoals een garage.
Houd ook rekening met de natuurlijke werking van hout. Houtsoorten zoals Ayous en Fraké zijn over het algemeen stabiel, maar een goede ventilatie blijft noodzakelijk om krimp en uitzetting zoveel mogelijk te beperken. Zo blijft uw gevel langer mooi en technisch in orde.
Voor u begint met het plaatsen van de ribben, is het belangrijk dat u eerst een dampdichte folie tegen de muur of wand aanbrengt. Gebruik dus geen dampopen folie. Zo voorkomt u dat vocht vanuit de binnenruimte in de gevelstructuur terechtkomt, wat schade kan veroorzaken.
Bij een muur met een stenen binnenblad worden eerst hoekankers geplaatst op de muur. Daaraan worden ribben bevestigd, bijvoorbeeld van 45 x 70 mm. Heeft u een houten binnenblad? Dan zijn hoekankers meestal niet nodig.
Daarna plaatst u de regels (ribben) verticaal op de constructie.
Voor een open gevel gebruikt u best ribben met een duurzaamheidsklasse 1 of 2, omdat ze meer blootgesteld worden aan weer en wind.
Bij een gesloten gevel volstaat een houtsoort met klasse 1 tot en met 3.
Laat tussen de regels een afstand van 50 tot 60 cm. Dat zorgt voor een stabiele en nette opbouw van uw gevelbekleding.
Om te vermijden dat er water binnendringt via de schroefgaten, raden we aan om tengelband te plaatsen tussen de regels en de muur. Zo worden kleine openingen goed afgedicht.
Wenst u extra isolatie? Dan kunt u isolatiewol aanbrengen tussen het regelwerk. Dat helpt om warmteverlies te beperken en verhoogt het comfort binnenin.
Let op: als u isolatiewol gebruikt, is goede ventilatie achter de gevelbekleding cruciaal. Voorzie daarom ventilatieopeningen aan de boven- en onderzijde van de gevel, van minstens 20 cm². Zo blijft het hout droog, voorkomt u vochtproblemen en kan uw gevelconstructie goed blijven ademen.
Verf de achterliggende latten zwart, zodat ze zo weinig mogelijk opvallen door de openingen tussen de bekleding.
Gebruik een dampopen, UV-bestendige folie. Die biedt meer bescherming dan een standaard dampopen folie, vooral omdat de folie bij een open gevel gedeeltelijk zichtbaar blijft en dus blootgesteld wordt aan zonlicht.
Na het aanbrengen van de folie plaatst u de latten. Bij een horizontale gevelbekleding gebruikt u best enkele ventilatielatten, zodat er voldoende luchtcirculatie mogelijk is achter het hout.
Voor u begint met het plaatsen van de ribben, is het belangrijk dat u eerst een dampdichte folie aanbrengt tegen de muur. Zo voorkomt u dat vocht vanuit de binnenruimte in de gevel trekt en schade veroorzaakt.
Bij een muur met een stenen binnenspouwblad plaatst u eerst hoekankers op de muur. Daaraan bevestigt u ribben, bijvoorbeeld van 45 x 70 mm.
Vervolgens monteert u de regels (ribben) verticaal tegen de muur.
Om te vermijden dat er bij het vastschroeven openingen ontstaan waarlangs water naar binnen kan sijpelen, raden we aan om tengelband te gebruiken tussen de regels en de muur.
Houd een tussenafstand van 50 tot 60 cm tussen de regels. Dat zorgt voor een stabiele opbouw en een strakke afwerking van uw gevel. Op die manier creëert u een gevelbekleding die niet alleen mooi oogt, maar ook duurzaam en goed geventileerd is.
Wenst u extra isolatie? Dan kunt u isolatiewol aanbrengen tussen het regelwerk. Zo beperkt u warmteverlies en houdt u kou buiten.
Als u met isolatie werkt, is voldoende ventilatie achter de gevelbekleding essentieel. Voorzie daarom ventilatieopeningen aan de boven- en onderzijde van de gevel van minstens 20 cm². Zo voorkomt u vochtproblemen en verlengt u de levensduur van de gevel.
Verf de achterliggende latten zwart, zodat ze minder opvallen door de openingen tussen de latten.
Gebruik een dampopen, UV-bestendige folie in plaats van een standaard dampopen folie. Bij een open gevel blijft de folie namelijk deels zichtbaar en moet ze bestand zijn tegen zonlicht.
Na het aanbrengen van de folie plaatst u de latten. Bij verticale gevelbekleding met open voegen is het belangrijk om te werken met een dubbele ventilatielat: een eerste ventilatielat, met daartegen een schuin geplaatste panlat. Die zorgt ervoor dat water niet op de regels blijft liggen, en helpt om vochtplekken te vermijden.
Bij het plaatsen van houten gevelbekleding is het belangrijk dat u de juiste materialen gebruikt en een aantal basisregels volgt.
Gebruik altijd RVS schroeven voor het bevestigen van de regels in de spouw, en RVS bolkopnagels of RVS schroefnagels voor het vastzetten van de houten bekleding. Zorg ervoor dat de koppen zichtbaar op het houtoppervlak blijven. Worden ze te diep in het hout geplaatst, dan kan dat leiden tot beschadiging of vervuiling van het hout.
Om te vermijden dat het hout gaat splijten, is het aangeraden om voor te boren.
Plaats schroeven of nagels minstens 50 mm van het uiteinde van de plank om barsten te voorkomen.
Voor planken tot 90 mm breed volstaat het om één nagel of schroef in het midden te gebruiken. Bij bredere planken vanaf 120 mm gebruikt u best twee nagels of schroeven per plank, met een minimale afstand van 15 mm van de zijkant.
Bij een gesloten gevelbekleding laat u best 2 tot 3 mm ruimte tussen de planken. Hout zet immers uit en krimpt onder invloed van temperatuur en vocht. Door die ruimte te voorzien, voorkomt u spanningen of schade.
De onderzijde van de gevelbekleding moet minstens 30 cm boven de grond blijven. Zo vermijdt u problemen door opspattend water en vocht. Zaag de onderkant van de planken licht schuin af, zodat het water beter kan weglopen.
Bij een open gevel is het belangrijk om altijd een tussenruimte van 5 tot 7 mm te voorzien tussen de latten. Ook hier is het aan te raden om de onderkant schuin aan te zagen voor een vlotte afwatering.
Voor de afwerking kunt u gebruikmaken van hoeklatten of afwerkingsplanken, afhankelijk van de stijl en de gewenste uitstraling. Deze kunt u op verschillende manieren bevestigen, naargelang het gekozen profiel en het type gevel.
Om scheuren en rot in het hout te voorkomen , is het belangrijk om de kopse kanten van de planken goed te behandelen met een kopse kant sealer. Dit helpt om het hout beter te beschermen tegen vocht en droogte.
Houtsoorten zoals Ayous en Fraké vergrijzen op een natuurlijke en egale manier, wat zorgt voor een mooie uitstraling. Wilt u de vergrijzing vertragen? Dan kunt u het hout beitsen of oliën, met remmers longlife en kh lazuur kleurloos. vooral als het veel wordt blootgesteld aan direct zonlicht. Kiest u voor een kleurloze variant moet u rekening houden met een hogere onderhoudsfrequentie dan een dekkende beits.
Daarnaast is regelmatig reinigen essentieel om vuilophoping te voorkomen en de levensduur van de gevelbekleding te verlengen. Zo blijft de gevel langer mooi en in topconditie.
